Voor veel leerlingen is het een eye-opener dat in Suriname plekken zijn die net zo uniek zijn als het Nationaal Park Grand Canyon in Arizona, the Great Barrier Reef in Australië of de piramiden van Gizeh in Egypte.
Het is te zien hoe toeristen van buiten Suriname komen om de werelderfgoed van Suriname te bezoeken .Ze bezoeken het Centrale Natuurreservaat van Suriname en de Historische binnenstad van Paramaribo Dat zien de Surinaamse jongeren en ze zullen zich afvragen waarom al die toeristen het zo bijzonder vinden. Zelfs zo bijzonder dat andere mensen in de wereld vinden dat het een plaats verdient op de Werelderfgoedlijst van UNESCO.
Werelderfgoederen voldoen allemaal aan één of meerdere criteria om op de Werelderfgoedlijst geplaatst te worden. Deze selectiecriteria, ook wel ‘the outstanding values’ genoemd, zijn de volgende:
(1) het vertegenwoordigt een meesterwerk van het creatief menselijk genie;
(2) het toont belangrijke interactie van menselijke waarden – gedurende een bepaalde periode of binnen een cultureel gebied in de wereld – voor ontwikkelingen in architectuur of technologie, monumentale kunsten, stadsontwerp of landschapsinrichting;
(3) het is een unieke of op zijn minst uitzonderlijke culturele traditie of samenleving, bestaand of verdwenen;
(4 het is een bijzonder voorbeeld van een type gebouw of architectonische of technologische samenstelling van een landschap, dat (een) belangrijke fase(s) van de menselijke geschiedenis laat zien;
(5) het is een bijzonder voorbeeld van een traditionele menselijke nederzetting, land- of zeegebruik, typerend voor een cultuur (of culturen), of een menselijke interactie met de omgeving, in het bijzonder wanneer het kwetsbaar is geworden als gevolg van onomkeerbare veranderingen;
(6) het wordt direct of concreet geassocieerd met gebeurtenissen of levende tradities, met ideeën of geloof, met artistieke en literaire werken van unieke, universele waarde (het Comité heeft besloten dat dit criterium bij voorkeur gebruikt dient te worden in combinatie met andere criteria);
(7) het bevat ongeëvenaarde natuurfenomenen of –gebieden van uitzonderlijke natuurschoonheid en esthetisch belang;
(8) het is een bijzonder voorbeeld van belangrijke fases van de geschiedenis van de aarde, zoals fossielen, belangrijke lopende geologische processen in de ontwikkeling van aardvormen of belangrijke geomorfe of fysiografische kenmerken;
(9) het zijn bijzondere voorbeelden van belangrijke lopende ecologische en biologische processen van evolutie en ontwikkeling van ecosystemen en woongebieden van planten en dieren op het land, in zoet water, in de zee en aan de kust;
(10) het bevat de belangrijkste en meest waardevolle natuurlijke leefgebieden voor oorspronkelijk behoud van biologische diversiteit, waaronder de gebieden met bedreigde soorten van unieke en universele waarde op het gebied van wetenschap of behoud.
We zetten de Surinaamse erfgoederen voor jullie op een rij.
Het Centraal Suriname Natuurreservaat
Het Centraal Suriname Natuurreservaat bestaat uit 1,6 miljoen hectare primair tropisch regenwoud. Het reservaat beschermt het bovenste stroomgebied van de Coppename rivier en de bovenstroom van de Lucie, Oost, Zuid, Saramacca en Gran Rio rivieren. Er zijn verschillende geologische en fysische formaties te vinden, waaronder een aantal granieten inselbergs (eilandbergen) die zo’n 360 meter uitsteken boven het omringende tropische bos. In de bossen zijn tot op heden meer dan 5.000 soorten vasculaire planten verzameld. De dieren in het gebied zijn typisch voor de regio, waaronder de Jaguar, het Reuzengordeldier, de Reusachtige rivierotter, Tapirs, Luiaards, acht soorten primaten en 400 vogelsoorten.
De historische binnenstad van Paramaribo
Paramaribo is een voormalige Nederlandse koloniale stad uit de 17e en 18e eeuw en ligt aan de noordelijke kust van tropisch Zuid-Amerika. Het originele en zeer karakteristieke stratenplan van het historisch centrum is intact gebleven. Paramaribo is een uniek voorbeeld van het contact tussen de Europese cultuur van Nederland en de inheemse culturen en het leefklimaat van Zuid-Amerika tijdens de jaren van intensieve kolonisatie van dit gebied: de 16e en 17e eeuw. De gebouwen in Paramaribo weerspiegelen dit het zijn mooie voorbeelden van de geleidelijke samensmelting van Europese architectuur en constructietechnieken met inheemse Zuid-Amerikaanse materialen en ambachten. – SGES.Heritage Suriname .org
Leren over het werelderfgoed geeft de gelegenheid aan de leerling om kennis te maken met de meest mooie, unieke en bijzondere kostbare schatten. Werelderfgoed educatie zorgt voor een extra rijke leeropbrengst en verbindt verschillende vakgebieden met elkaar. Het kan voor verschillende doeleinden worden ingezet: vakspecifiek maar ook vakoverstijgend.
Werelderfgoed educatie gaat over de vraag: wat willen we dat een volgende generatie leert over werelderfgoed, zodat de erfenis veilig overgedragen kan worden aan de nieuwe erfgenamen? Wat betekent werelderfgoed voor jou en voor je culturele identiteit? Werelderfgoed educatie is het tot stand brengen van de systematische overdracht van kennis, vaardigheden en attituden met betrekking tot werelderfgoed op leerlingen door leraren en educators. Het is gericht op het werelderfgoed in de eigen omgeving (lokaal niveau), in Suriname (nationaal niveau) en de plaats daarvan in de wereld (internationaal niveau).
Werelderfgoed educatie kent een eigen leerinhoud
De leerinhoud beweegt zich tussen uitleg van de begrippen: erfgoed, werelderfgoed, UNESCO en de Surinaamse werelderfgoederen en het verhaal dat bij het werelderfgoed hoort. Dat betekent dat begrippen als erfgoed en werelderfgoed uitleg verdienen, als ook het Werelderfgoed verdrag van UNESCO en de verantwoordelijkheid die het met zich meebrengt als het op de Werelderfgoedlijst wordt geplaatst. Tevens centreert de leerinhoud zich rond kennis, vaardigheden en attituden rondom de onderwerpen identiteit, bouwstijlen en inheemse volken, vrede en mensenrechten, milieu, culturele en biologische diversiteit, duurzame ontwikkeling en toerisme
Werelderfgoed educatie verbindt culturen
Met onderwijs over werelderfgoed werkt u ook aan de vaardigheden die horen bij de overkoepelende kerncompetentie het ontwikkelen van cultureel bewustzijn. U draagt bij aan het ontwikkelen van de sociaal-culturele identiteit van uw leerlingen. Dit is één van de kerncompetenties die door de Europese Unie zijn vastgesteld voor ‘Een leven lang leren’. Educatie draait om het leren over wat het Surinaams werelderfgoed zo uniek maakt in de wereld. Door jongeren bewust te maken van de cultuurhistorische waarde van het erfgoed in hun eigen omgeving, leren ze de eigen cultuur en identiteit beter begrijpen. Als je weet wie je bent, kun je ook verbinding leggen met de ander en met andere culturen. De jongerencultuur, de groepen op school zijn heterogeen, kennen meerdere culturele achtergronden. Wat bindt hen? Door te leren over werelderfgoed buiten Suriname zie je ook wat andere landen en culturen uniek maakt in de wereld, maar ook dat culturen die ver bij elkaar vandaan liggen toch raakvlakken kunnen hebben.
Werelderfgoed kent een eigen didactiek
Hoe versterkt u het leerproces over werelderfgoed en welke didactiek past daarbij? De keuze voor de didactiek is gebaseerd op theorievorming rondom erfgoed educatie.
Centraal staat een volwaardig proces waarbij aandacht wordt besteed aan het activeren van de voorkennis, het beleven van het erfgoed ter plekke en de reflectie op wat geleerd en beleefd is.
Dit vormt de vaste didactische structuur voor lessen over het werelderfgoed. Kennis is hierbij het startpunt voor een zinvolle beleving van het erfgoed.
Het activeren van voorkennis zorgt ervoor dat leerlingen dat wat ze gaan leren kunnen verbinden aan wat ze al weten. Activeren betekent dat de basiskennis wordt aangesproken die nodig is om het werelderfgoed zinvol te beleven. De leerling construeert zijn eigen kennisbestand door de aangeboden kennis te verbinden met de reeds aanwezige kennis en door dit bestaande kennisbestand te bewerken.
Het zinvol beleven van het werelderfgoed is een centraal begrip in de didactiek voor erfgoed educatie. De beleving van het werelderfgoed wordt gestuurd door het stellen van betekenisvolle vragen die hun voorkennis en interesse activeren. Het zinvol beleven vervult de verwerkende leerfunctie. Dat betekent dat leerlingen bezig zijn met het begrijpen van informatie, het integreren van de informatie en de informatie toepassen.
Aan het eind van het leerproces vindt reflectie plaats. Door het stellen van de vraag ‘wat heb je geleerd’ en het toetsen van de leerdoelen, wordt het eigenlijke leereffect behaald. We spreken hier over de regulatieve leerfunctie. De regulatie functie stuurt de andere leerfuncties aan. Het zijn de meta cognitieve vaardigheden die de denkactiviteiten sturen, waarmee leerlingen het verloop van hun eigen leer- en denkprocessen reguleren. Aandacht voor deze leerfunctie is in erfgoed educatie onmisbaar.
Samengevat , goede werelderfgoed educatie bestaat uit: 1) voorkennis activeren, 2) beleven van het werelderfgoed, 3) reflecteren op dat wat geleerd en beleefd is, 4) het stellen van betekenisvolle vragen en 5) het ontwikkelen van cultureel bewustzijn.